MK5890-001
Algemeen
Een fase 1 studie naar MK-5890 als monotherapie en in combinatie met pembrolizumab, bij deelnemers met gevorderde vaste tumoren
- Leeftijd
- Enkel volwassenen
- Fase onderzoek
- Fase 1
- Bij diagnose
-
- Solide tumoren
Primair: Het bepalen van de veiligheid en verdraagbaarheid en het vaststellen van een preliminaire aanbevolen fase 2-dosis (recommended Phase 2 dose, RP2D) van MK-5890 wanneer gebruikt als monotherapie en in combinatie met pembrolizumab in de dosis escalatie- en bevestigingsfase en de dosisuitbreidingsfase. Secundair: - Om de farmacokinetiek van MK-5890 te evalueren wanneer gegeven via intraveneuze infusie als monotherapie en in combinatie met pembrolizumab, en in combinatie met pembrolizumab, pemetrexed en carboplatin in de dosis escalatie- en bevestigingsfase en / of de dosisuitbreidingsfase - Om de objectieve respons (ORR) van MK-5890 te evalueren bij gebruik als monotherapie en in combinatie met pembrolizumab in de dosisuitbreidingsfase - Om de veiligheid en verdraagzaamheid van MK-5890 in combinatie met pembrolizumab, pemetrexed en carboplatin te bepalen bij deelnemers met niet-plaveisel NSCLC en om maximaal getolereerde doses (MTD's) van carboplatin en pemetrexed vast te stellen bij gebruik in combinatie met MK-5890 en pembrolizumab Tertiair/verkennend: 1) Het evalueren van de preliminaire antitumoractiviteit van MK 5890 wanneer gebruikt als monotherapie en in combinatie met pembrolizumab 2) Het evalueren van de ontwikkeling van circulerende anti-MK-5890-antilichamen en anti-pembrolizumab-antilichamen, zoals van toepassing, na toediening van monotherapie met MK-5890 en MK-5890 in combinatie met pembrolizumab 3) Het identificeren van moleculaire (genomische, metabolische en/of proteomische) biomarkers die mogelijk indicatief zijn voor de klinische respons/resistentie, de veiligheid, de farmacodynamische activiteit en/of het werkingsmechanisme van MK-5890 wanneer gebruikt als monotherapie en in combinatie met pembrolizumab
Dit is een voor het eerst bij mensen uitgevoerd, multicentrisch, open-label, dosisescalatie- en dosisbevestigingsonderzoek naar MK-5890 wanneer gebruikt als monotherapie en in combinatie met pembrolizumab bij deelnemers met een histologisch of cytologisch bevestigde diagnose van een gevorderde solide tumor die alle behandelingen waarvan bekend is dat ze klinisch voordeel opleveren, hebben ontvangen of geweigerd, of die daar intolerant voor waren.
- Onderzoeksgebied
- veiligheid, farmacokinetiek, farmacodynamiek
- Soort onderzoek
- interventie-onderzoek Een interventioneel onderzoek is een onderzoek waarin bij de deelnemers een interventie wordt uitgevoerd, zoals een nieuw geneesmiddel, om deze te beoordelen. Tijdens het ontwikkelingsproces van geneesmiddelen worden geneesmiddelen beoordeeld door interventionele onderzoeken, ook bekend als klinische onderzoeken. Klinische onderzoeken kunnen op veel manieren worden opgezet, maar ze zijn doorgaans gerandomiseerd (deelnemers worden willekeurig ingedeeld in verschillende armen in het onderzoek) en gecontroleerd (het onderzoeksmiddel wordt aan de ene arm gegeven en de uitkomsten worden vergeleken met een andere behandeling of placebo gegeven in een andere arm). Dit worden gerandomiseerde gecontroleerde onderzoeken of RCT's ('randomised controlled trials') genoemd.
Onderzoekspopulatie
Mannelijke en vrouwelijke deelnemers die tenminste 18 jaar oud zijn met een histologisch of cytologisch bevestigde gevorderde/gemetastase Metastase (of uitzaaiing) is de verspreiding van tumorcellen vanuit de oorspronkelijke locatie (de primaire locatie) naar een ander deel van het lichaam. Tumoren kunnen metastaseren (uitzaaien) door nabijgelegen weefsel binnen te dringen of door zich te verspreiden via de circulatie (bloed en lymfestelsel). erde solide tumor aan de hand van het pathologische rapport, die alle behandelingen waarvan bekend is dat ze klinisch voordeel opleveren, hebben ontvangen of geweigerd, of die daar intolerant voor waren
Inclusiecriteria: Je mag meedoen als
1. a) Doseringsescalatie / bevestigingsfase (armen 1 en 2): Heeft een histologisch of cytologisch bevestigde gevorderde/gemetastase
Metastase (of uitzaaiing) is de verspreiding van tumorcellen vanuit de oorspronkelijke locatie (de primaire locatie) naar een ander deel van het lichaam. Tumoren kunnen metastaseren (uitzaaien) door nabijgelegen weefsel binnen te dringen of door zich te verspreiden via de circulatie (bloed en lymfestelsel).
erde solide tumor aan de hand van het pathologische rapport, en heeft alle behandelingen waarvan bekend is dat ze klinisch voordeel opleveren ontvangen, of was daar intolerant voor.
b) Dosisescalatie / bevestigingsfase (arm 3): Heb een histologische of cytologisch bevestigde diagnose van stadium IV niet-plaveisel NSCLC.
c) Dosisuitbreidingsfase (Arm 2a): Stel een diagnose van TNBC. Deelnemers moeten niet meer dan 2 therapielijnen voor metastatische ziekte hebben ontvangen of intolerant zijn waarvan bekend is dat ze klinisch voordeel opleveren. Eerdere therapie had antracycline en / of taxaan moeten omvatten voor een vroeg stadium of metastatische ziekte. Deelnemers moeten bij de screening lactaatdehydrogenase (LDH) ≤2 x ULN hebben. De inschrijving wordt beperkt tot maximaal 7-10 deelnemers die behandeling ongevoelig zijn voor behandeling met PD-1 / PD-L1-remmer.
d) Dosisuitbreidingsfase (Arm 1a, 2b en 2c): Stel een diagnose van endometriumkanker. Deelnemers moeten niet eerder dan 2 eerdere behandelingslijnen hebben ontvangen of intolerant zijn waarvan bekend is dat ze klinisch voordeel opleveren. Eerdere therapie had platina-bevattende regimes voor een vroeg stadium of metastatische ziekte moeten omvatten. De inschrijving wordt beperkt tot maximaal 5-7 deelnemers per behandelingsarm die refractair zijn voor behandeling met PD-1 / PD-L1-remmer.
2. Heeft meetbare ziekte op basis van RECIST 1.1, zoals beoordeeld door de onderzoeker/radioloog van het lokale centrum. Doelwitlaesies die in een eerder bestraald gebied zijn gelegen, worden beschouwd als meetbaar als in dergelijke laesies progressie is aangetoond.
3. Laat een toereikende orgaanfunctie zien, zoals gedefinieerd in Tabel 4. Monsters moeten binnen 7 dagen voor de eerste dosis van de onderzoeksbehandeling zijn verzameld.
4. Is een man of niet-zwangere en geen borstvoeding gevende vrouw, >18 jaar oud op de dag van ondertekening van het toestemmingsformulier.
5. Heeft een ECOG-prestatiestatus (Eastern Cooperative Oncology Group) van 0 of 1.
Mannelijke deelnemers:
6. Een mannelijke deelnemer moet ermee instemmen anticonceptie te gebruiken tijdens de behandelingsperiode en gedurende ten minste 120 dagen na de laatste dosis MK-5890 of pembrolizumab OF 180 dagen na de laatste dosis chemotherapeutica en gedurende deze periode geen sperma te doneren.
Vrouwelijke deelnemers:
7. Een vrouwelijke deelnemer komt in aanmerking voor deelname als zij niet zwanger is (zie bijlage 3), geen borstvoeding geeft en voldoet aan ten minste één van de volgende voorwaarden:
a.) Ze is geen vruchtbare vrouw (woman of childbearing potential, WOCBP), zoals gedefinieerd in bijlage 3
OF
b.) Ze is een WOCBP die ermee instemt de contraceptieve richtlijnen te volgen tijdens de behandelingsperiode en gedurende ten minste 120 dagen na de laatste dosis MK-5890 of pembrolizumab OF 180 dagen na de laatste dosis chemotherapeutica.
8. De deelnemer (of wettelijke vertegenwoordiger, indien van toepassing) verstrekt schriftelijke toestemming/instemming voor het onderzoek op basis van informatie. De deelnemer kan ook toestemming/instemming geven voor toekomstig biomedisch onderzoek; hij/zij kan evenwel deelnemen aan het hoofdonderzoek zonder deel te nemen aan toekomstig biomedisch onderzoek.
9. Dient een evalueerbaar tumormonster (een nieuw verkregen of gearchiveerd tumormonster) in voor analyse van de uitgangswaarde. Met formaline gefixeerde, in paraffine ingebedde weefselblokken hebben de voorkeur boven objectglaasjes. Nieuw verkregen biopten hebben de voorkeur boven archiefweefsel. Details met betrekking tot de indiening van tumorweefsel kunt u vinden in de handleiding voor procedures.
Exclusiecriteria: Je mag niet meedoen als
1. Heeft een voorgeschiedenis van een tweede maligniteit, tenzij een mogelijk curatieve behandeling is voltooid zonder aanwijzingen voor maligniteit gedurende 2 jaar. Opmerking: De tijdsvereiste geldt niet voor de ziekte die wordt onderzocht of voor deelnemers die een succesvolle definitieve resectie van basaalcelcarcinoom van de huid, plaveiselcelcarcinoom van de huid, oppervlakkige blaaskanker, baarmoederhalskanker in situ of andere vormen van kanker in situ hebben ondergaan.
2. Heeft klinisch actieve metastase
Metastase (of uitzaaiing) is de verspreiding van tumorcellen vanuit de oorspronkelijke locatie (de primaire locatie) naar een ander deel van het lichaam. Tumoren kunnen metastaseren (uitzaaien) door nabijgelegen weefsel binnen te dringen of door zich te verspreiden via de circulatie (bloed en lymfestelsel).
n in het centrale zenuwstelsel (CZS) en/of carcinomateuze meningitis. Deelnemers met eerder behandelde hersen- of meningeale metastase
Metastase (of uitzaaiing) is de verspreiding van tumorcellen vanuit de oorspronkelijke locatie (de primaire locatie) naar een ander deel van het lichaam. Tumoren kunnen metastaseren (uitzaaien) door nabijgelegen weefsel binnen te dringen of door zich te verspreiden via de circulatie (bloed en lymfestelsel).
n kunnen deelnemen en in aanmerking komen voor behandeling, mits ze stabiel en asymptomatisch zijn (zonder aamwijzingen voor progressie aan de hand van een magnetische resonantiebeeldvormingsscan [MRI-scan] van de hersenen ten minste 4 weken na de behandeling), geen aanwijzingen hebben voor nieuwe of groter wordende hersenmetastase
Metastase (of uitzaaiing) is de verspreiding van tumorcellen vanuit de oorspronkelijke locatie (de primaire locatie) naar een ander deel van het lichaam. Tumoren kunnen metastaseren (uitzaaien) door nabijgelegen weefsel binnen te dringen of door zich te verspreiden via de circulatie (bloed en lymfestelsel).
n, binnen 4 weken v??r de start van de onderzoeksbehandeling ge?valueerd worden en gedurende ten minste 2 weken v??r de inschrijving geen immunosuppressieve doses van systemische stero?den meer krijgen.
3. Heeft een ernstige overgevoeligheidsreactie op behandeling met een mAb en/of andere bestanddelen van de onderzoeksbehandeling gehad.
4. Heeft een actieve infectie die systemische behandeling vereist.
5. Heeft een voorgeschiedenis van interstiti?le longziekte.
6. Heeft een voorgeschiedenis van (niet-infectieuze) pneumonitis waarvoor behandeling met stero?den nodig was, of heeft momenteel pneumonitis.
7. Heeft symptomatische ascites of pleura-effusie. Deelnemers die na de behandeling van deze aandoeningen (met inbegrip van therapeutische thoracocentese of paracentese) klinisch stabiel zijn, zullen niet worden uitgesloten van deelname aan dit onderzoek.
8. Heeft eerder een stamcel- of beenmergtransplantatie ondergaan.
9. Heeft eerder een transplantatie van een solide orgaan ondergaan.
10. Heeft een actieve auto-immuunziekte waarvoor in de afgelopen 2 jaar systemische behandeling vereist was (d.w.z. met gebruik van ziekteverloopbe?nvloedende middelen, corticostero?den of immunosuppressiva), behalve vitiligo of verdwenen astma/atopie van de kinderjaren. Vervangingstherapie, zoals thyroxine, insuline of fysiologische corticostero?denvervangingstherapie voor bijnier- of hypofyse-insuffici?ntie) wordt niet beschouwd als een vorm van systemische behandeling en is toegestaan. Gebruik van niet-systemische stero?den is toegestaan.
11. Heeft een bekende infectie met humaan immunodefici?ntievirus ([HIV]; HIV-1- of -2-antilichamen) en/of actieve en acute hepatitis B- of -C-infecties (is bv. positief voor HBsAg/HBV-DNA of HCV-RNA).
12. Heeft een voorgeschiedenis van of huidige aanwijzingen voor een aandoening, behandeling of afwijkende laboratoriumwaarde die de resultaten van het onderzoek zou kunnen verstoren, de deelname gedurende de gehele onderzoeksduur voor de deelnemer zou kunnen belemmeren, de toediening van de onderzoeksbehandelingen gevaarlijk zou kunnen maken, of die het moeilijk zou kunnen maken om bijwerkingen te controleren zodat het, naar het oordeel van de behandelend onderzoeker, niet in het beste belang van de deelnemer is om mee te doen.
13. Is niet volledig hersteld van de gevolgen van een zware operatie zonder significante detecteerbare infectie. Operaties waarvoor algehele verdoving nodig was, moeten ten minste 2 weken v??r de start van de onderzoeksbehandeling voltooid zijn. Operaties waarvoor plaatselijke/epidurale verdoving nodig was, moeten ten minste 72 uur v??r de eerste dosis van de onderzoeksbehandeling voltooid zijn, en de deelnemers dienen hersteld te zijn.
14. Heeft bekende psychiatrische of aan middelenmisbruik gerelateerde aandoeningen die het vermogen van de deelnemer om de onderzoeksvereisten na te leven zouden kunnen belemmeren.
15. Is zwanger of geeft borstvoeding, of verwacht zwanger te worden of kinderen te verwekken tijdens de geplande duur van het onderzoek.
16. Is een WOCBP die binnen 72 uur v??r de eerste dosis van de onderzoeksbehandeling een positief resultaat van een zwangerschapstest op urine heeft. Als de urinetest positief is of niet kan worden bevestigd als negatief, is een zwangerschapstest op serum nodig. In dergelijke gevallen moet de deelnemer worden uitgesloten van deelname als het resultaat van de zwangerschapstest op serum positief is. Opmerking: als er tussen de zwangerschapstest bij de screening en de eerste dosis van de onderzoeksbehandeling 72 uur zijn verstreken, dan moet er nog een zwangerschapstest (op urine of serum) worden uitgevoerd, die negatief moet zijn om de deelnemer te kunnen laten beginnen met de onderzoeksbehandeling.
17. Heeft binnen 4 weken v??r de eerste dosis van de onderzoeksbehandeling chemotherapie, definitieve bestraling of een biologische behandeling tegen kanker ondergaan (2 weken voor palliatieve bestraling), of is niet hersteld tot CTCAE-graad ?1 of beter van bijwerkingen die toe te schrijven waren aan therapeutica tegen kanker die meer dan 4 weken daarvoor werden toegediend (hieronder vallen ook deelnemers die eerder een immunomodulerende behandeling kregen met residuale immuungerelateerde bijwerkingen [immune-related AEs, irAE?s]). Deelnemers die voortdurend behandeling met vervangende hormonen krijgen voor endocriene irAE?s zullen niet worden uitgesloten van deelname aan dit onderzoek.
18. Heeft naar verwachting een andere vorm van antineoplastische behandeling nodig tijdens deelname aan dit onderzoek.
19. Heeft een eerdere behandeling gekregen met een ander op CD27 gericht middel.
20. Heeft eerdere therapie ontvangen met een middel gericht op een andere stimulerende of co-remmende T-celreceptor (bijv. OX-40, CD137).
21. Wordt chronisch behandeld met systemische stero?den bij doses die hoger zijn dan vervangingsdoses (bv. hoger dan 10 mg/dag prednisonequivalent), of met een andere vorm van immunosuppressieve medicatie. Deelnemers met reactieve luchtwegziekte die intermitterend gebruik van bronchusverwijders, inhalatiestero?den of plaatselijke injecties met stero?den nodig hebben, zullen niet worden uitgesloten van dit onderzoek.
22. Is op het moment van ondertekening van het toestemmingsformulier een regelmatige gebruiker (inclusief ?recreatief gebruik?) van illegale drugs of heeft een recente voorgeschiedenis (binnen het afgelopen jaar) van drugs- of alcoholmisbruik, zoals vastgesteld door de behandelend onderzoeker. Deelnemers die voor medische doeleinden of voor het behandelen van specifieke symptomen cannabis gebruiken, zullen niet worden uitgesloten, tenzij deze naar het oordeel van de behandelend onderzoeker wordt misbruikt.
23. Heeft binnen de 28 dagen v??r de eerste dosis van de onderzoeksbehandeling een levend virusvaccin gekregen. Voorbeelden van levende vaccins omvatten, maar zijn niet beperkt tot, het volgende: mazelen-, bof-, rodehond-, varicella-zoster- (waterpokken-), gele koorts-, hondsdolheids-, Bacillus Calmette-Gu?rin (BCG)- en tyfusvaccin. Seizoensgriepvaccins die geen levende virussen bevatten, zijn toegestaan. Intranasale griepvaccins (bv. FluMist?) zijn levende verzwakte vaccins en zijn niet toegestaan.
24. Neemt momenteel deel aan een onderzoek naar een experimenteel middel en krijgt een onderzoeksbehandeling, of heeft deelgenomen aan een onderzoek naar een experimenteel middel en heeft een onderzoeksbehandeling gekregen, of heeft een experimenteel hulpmiddel gebruikt binnen 28 dagen v??r toediening van de eerste dosis van de onderzoeksbehandeling.
Opmerking: Deelnemers die in de opvolgingsfase van een experimenteel onderzoek zijn opgenomen, kunnen deelnemen zolang de laatste dosis van het eerdere experimentele middel ten minste 4 weken geleden werd toegediend.
Behandelingscycli zullen drie weken duren, waarvan op dag 1 MK5890 monotherapie of MK5890 in combiantie met pembrolizumab wordt toegediend. Op elke visite zal een lichamelijk onderzoek worden gedaan, vitale functies worden gemeten en bloed worden afgenomen. Aan het begin van de studie wordt een biopt afgenomen (dit kan eventueel achterwege worden gelaten als er geschikt tumormateriaal beschikbaar is). De proefpersonen kunnen mogelijk lichamelijk en/of psychisch ongemak ervaren bij de handelingen die tijdens het onderzoek worden uitgevoerd, zoals venapunctie, aanleggen van een infuus, CT/MRI, en tumorbiopsie. De bijwerkingen van dit onderzoeksmiddel zijn nog niet bekend. Tot nu toe is MK-5890 nog nooit gebruikt bij mensen. Een vergelijkbaar geneesmiddel, varlilumab, dat door een ander bedrijf wordt ontwikkeld, is wel bij mensen getest. Varlilumab werd goed verdragen in een onderzoek bij patiënten met gevorderde kanker. De opzet van dat onderzoek was vergelijkbaar met die van het huidige onderzoek. De waargenomen bijwerkingen bij deelnemers die behandeld werden met varlilumab, waarvan vermoed wordt dat ze verband houden met het geneesmiddel, waren doorgaans licht tot matig van aard. De doses varlilumab die in dat onderzoek zijn getest, zijn vergelijkbaar met de voorgestelde doses in het huidige onderzoek. De meest voorkomende bijwerkingen (bij meer dan 10% van de behandelde patiënten) waarvan vermoed wordt dat ze verband houden met varlilumab, waren vermoeidheid, huiduitslag, misselijkheid en diarree (dunne ontlasting). Één patiënt in het onderzoek ondervond een matige tot ernstige verlaging van het natriumgehalte in het bloed, maar dit keerde zonder behandeling terug naar normaal. Andere matige bijwerkingen in verband met het onderzoeksmiddel omvatten een geval van verminderde eetlust en een geval van een verlaagd aantal lymfocyten (een bepaald soort witte bloedcellen). Één patiënt kreeg een verergering van astma als ernstige bijwerking, waarvoor een ziekenhuisopname nodig was. Varlilumab is ook onderzocht in combinatie met nivolumab, een middel tegen kanker dat vergelijkbaar is met pembrolizumab, bij patiënten met gevorderde kanker. Alle geteste dosisniveaus werden goed door patiënten verdragen en er zijn geen onverwachte bijwerkingen waargenomen. Één patiënt die de hoogst geteste dosis varlilumab kreeg (10 mg/kg), ondervond een ernstige ontsteking van de lever en matig letsel van de nier. Een andere patiënt die met dezelfde dosis van het antilichaam werd behandeld, kreeg een ernstig bijwerking waarvan vermoed werd dat deze verband hield met het geneesmiddel, te weten verminderd bewegingsvermogen wegens schade aan de zenuwen. Één patiënt die werd behandeld met een lagere dosis varlilumab (1 mg/kg), kreeg matige uitslag. De meest voorkomende bijwerkingen van pembrolizumab zijn jeukende huid, dunne of waterige ontlasting en hoesten.
Groep 1: Monotherapie met MK5890 . Er wordt gestart met 2 mg. De volgende doses zijn 7 mg, 20 mg, 70 mg, 200 mg en 700 mg. Groep 2: MK5890 met pembrolizumab. Voor MK5890 wordt er gestart met 2 mg. De volgende doses zijn 7 mg, 20 mg, 70 mg, 200 mg en 700 mg. Pembrolizumab zal in een vaste dosering van 200 mg worden gegeven.